30 oktober 2015

Over Fernando Pessoa

Bericht uit de boekhandel

Tenny Frank over Pessoa


Fernando António Nogueira Pessoa (Lissabon, 13 juni 1888 – 30 november 1935) is een van de betekenisvolste dichters in de Portugese literatuur en een van de belangrijkste uit de twintigste eeuw. Wij hebben nu van hem beschikbaar de prachtige edities: Alvaro de Campos Gedichten 1913-1922, met een commentaar en verhelderend nawoord van vertaler August Willemsen; De metafysische ingenieur en andere gedichten 1923-1935, deze bundel is het tweede en laatste deel van de gedichten die werden geschreven onder het dichterlijke heteroniem Álvaro de Campos; Heimwee naar vereeuwiging, vertaald door Maarten Asscher en August Willemsen; Brieven 1905 – 1919. Deze bundels, door De Arbeiderspers uitgegeven, zijn allen tweetalig. Daarnaast heeft Perdu de bundel In ons leven tallozen, een bloemlezing die maar 12,50 kost, en is samengesteld door Maarten Asscher en vertaald door Willemsen in een Rainbow-pocketboek uitgegeven door Muntinga.

Over Pessoa hebben wij van Norbert de Beule, Boekhouder der Rusteloze, een paperback van uitgever Contact uit 2009, die al lang op de plank ligt. Een leuk boekje met veel citaten! Van Hagar Peeters Loper van licht en van Bernlef Tweede ruimte waarin Pessoa ter sprake komt als belangrijke inspirator. Allemaal bundels die u als poëzieliefhebber zou moeten hebben. Ze zijn 't geld volop waard. In de omschrijving die Perdu er bij geeft, kunt u lezen wat elke bundel precies behelst. Het boek dat u meteen moet kopen als u 't ziet is het ik als vreemde van August Willemsen die over de achtergrond en het ontstaan van de heteroniemen die Pessoa heeft bedacht een poging tot interpretatie geeft. In 't laatste hoofdstuk getiteld 'De dichter als veinzer' lees ik 'Pessoa is de homo ludens in persoon'. Zo wil ik deze dichter ook graag zien. Zijn spel der heteroniemen zie ik ook als een spiegel die hij de lezer voorhoudt om de wereld herkenbaar te maken. Dit mooie boek over de dichter uit het jaar 2000 is jammer genoeg moeilijk of niet meer te krijgen.

Oden (2002), verschenen onder heteroniem Ricardo Reis, is maar bij één Antiquariaat te vinden voor 89,20. Boek der rusteloosheid uit 2011, dat momenteel bij ons even niet te krijgen is, is wel bij de Boekwinkeltjes volop aanwezig. Fernando Pessoa Gedichten, keuze, vertaling en nawoord van August Willemsen uit 1978 is ook antiquarisch te vinden. Deze laatste vier bundels zijn nou net degenen die ikzelf heb, waaruit ik zal citeren. Maakt het uit wat je hebt? Niet echt. 't Is Genoeg om erover te schrijven.

Nu iets over de dichter zelf: Zijn vader, Joaquim de Seabra Pessoa, muziekcriticus van de Diario de Noticias, sterft in 1893 (als hij 5 jaar is) aan tuberculose. Zijn moeder, Maria Madalena Pinheiro Nogueira Pessoa, afkomstig van een cultureel ontwikkelde familie op de Azoren, hertrouwt in 1895 met Joao Miguel Rosa, benoemd tot Portugese consul in Durban, Zuid-Afrika. Het gezin vertrekt het jaar daarop naar Zuid-Afrika waar Pessoa Engels leert spreken en schrijven. Hij maakt er kennis met het werk der allergrootsten: John Keats, William Shakespeare, John Milton, William Wordsworth, Edgar Allan Poe, Lord Byron, Charles Dickens en Thomas Carlyle. Van zijn moeder leert hij Frans en op school Latijn.
Al snel begint hij met schrijven van poëzie en proza in het Engels met als pseudoniem Alexander Search. In 1905 vertrekt de jonge Pessoa terug naar Lissabon waar hij zich op de Franse symbolisten stort: Charles Baudelaire, Arthur Rimbaud, Paul Verlaine en Jules Laforgue en op de grote Portugese klassieken uit de 16de eeuw, Luís de Camões en uit de 19de eeuw Almeida Garrett, Antero de Quental, Antonio Nobre, Cesario Verde, Guerra Junqueiro, Camilo Pessanha, Eugénio de Castro.

Pessoa is nooit getrouwd geweest, en bekend van hem is dat zijn isolement zijn roeping en zijn lot is. Hij schrijft dat 'leven niet noodzakelijk is, scheppen daarentegen wel'. Hij staat bekend als 'een verkillende, lucide, sfynxachtig, afwezige man' volgens zijn bekende Nederlandse vertaler August Willemsen.
Vanaf 1908 is hij hulpboekhouder, freelance vertaler en handelscorrespondent voor de rest van zijn leven. Hij wilde altijd obscuur blijven, onbekend, daarna mocht de roem komen; en hij wilde ook nooit gefotografeerd worden. Een van zijn mooiste citaten over zijn eenzaamheid luidt als volgt: 'Het is het alleen-zijn van degene die te ver is voorgeraakt op zijn reisgenoten.'
Pessoa sterft op 30 november 1935 aan alcoholvergiftiging. Zijn laatste woorden zijn volgens de literaire biografie: 'Geef me mijn bril!' En zijn laast geschreven woorden: 'I know not what tomorrow will bring.'

Van de dichter is bekend dat hij schreef in naam van anderen. Vele heteroniemen waarvan de meest bekenden zijn: Alberto Caeiro, Ricardo Reis en Alvaro de Campos. Nog vele anderen waaronder Bernardo Soares die auteur zou zijn van het Boek der rusteloosheid, vertaald en van een nawoord voorzien door Harrie Lemmens waarover Nicolaas Matsier in NRC Handelsblad, 11 mei 1990, schreef:
'een schepping van de eerste orde, een van de grote werken uit de wereldliteratuur' en 'er is vrijwel geen schrijver te bedenken die zozeer uitmunt in scheermesscherpe zelfkarakteriseringen'.

Uit deze bundel, deze citaten die mij altijd zijn bijgebeleven:
'Het isolement heeft mij gevormd naar zijn beeld en gelijkenis. De aanwezigheid van een ander – al is het maar een persoon – remt mijn denken, en terwijl het contact met een ander bij een normaal mens stimulerend werkt op zijn zeggingskracht, werkt het bij mij contrastimulerend, als je die samenstelling kunt maken.' (24 maart 1930),
'Alleen wat wij dromen zijn we werkelijk zelf, want de rest behoort, omdat het al werkelijkheid is, aan de wereld en iedereen.' (15 mei 1932)
En 'Het leven is een onvrijwillig gemaakte reis. Een reis van de geest door de materie, en omdat het de geest is die reist, leven wij in de geest. Daarom hebben veel beschouwende zielen intenser, grootser en stormachtiger geleefd dan zielen die naar buiten gericht leefden. Alleen het resultaat telt. Wij beleven wat wij voelen. We worden net zo moe van een droom als van zichtbaar werk. We beleven nooit zoveel als wanneer we veel denken.' (23 juni 1932)
Een van zijn mooiste gedichten vind ik deze, geschreven op 6 januari 1923 onder zijn eigen naam Pessoa en gepubliceerd in Cancioneiro / Liedboek:
Ik ben niets, kan niets, volg niets na.
Ik draag mijn zijn, illusie, waar ik ga.
Begrip begrijp ik niet, kan nergens lezen
Of ik zal zijn, niets zijnd, wat ik zal wezen.
Hiernevens, wat niets is, onder 't azuur
Der wijde hemel, wekt me elk ijdel uur
Een zuidenwind die siddert in het lover.
Gelijk hebben, winnen, in liefde geloven
Zijn aan illusie's dode mast verstard.
Dromen is niets, niet weten is onnut.
Slaap in de schaduw, o onzeker hart.
Pessoa is pas na 1950 ondekt. Vreemd maar waar! Dat hij geldt als een van de allergrootste Europese dichters staat nu wel vast. In de jaren zestig is zijn poëzie vertaald in het Frans, Spaans, Duits, Engels, Italiaans en Tsjechisch. Zijn gedichten lopen in karakter en stijl heel erg uiteen. Hij heeft dan ook drie verschillende dichters gecreëerd. Alberto Caeiro is een dichter die zijn leven op het platteland doorbrengt, bij zijn oude tante woont, alles ziet als een eenvoudig mens, geen beroep heeft en heldere, vrije, ongedwongen verzen schrijft, zoals bv. dezen in De hoeder van kudden (1914):
Ik geloof niet in God omdat ik hem nooit heb gezien.
Als hij zou willen dat ik in hem geloofde,
Zou hij ongetwijfeld met mij komen praten
En mijn kamer binnenstappen
En mij zeggen, Hier ben ik!
(…) Maar als God de bomen en de bloemen is
En de bergen en het maanlicht en de zon,
Waarom noem ik hem dan God?
Ik noem hem bloemen en bomen en bergen en zon en maanlicht;
Want als hij, opdat ik hem zou zien,
Zich zon gemaakt heeft en maanlicht en bloemen en bomen en bergen,
Als hij mij verschijnt zijn de bomen en bergen
En maanlicht en zon en bloemen,
Dan is het omdat hij wil dat ik hem ken
Als bomen en bergen en bloemen en maanlicht en zon.
En daarom gehoorzaam ik hem,
(Wat weet ik meer van God dan God van zichzelf?),
Ik gehoorzaam hem door te leven, spontaan,
Als wie de ogen openslaat en ziet,
En ik noem hem maanlicht en zon en bloemen en bomen en bergen,
En ik heb hem lief zonder aan hem te denken,
En ik denk mij hem door te zien en te horen,
En ik ga met hem op ieder uur.
Deze man, leermeester van beide anderen, sterft in 1915 aan tbc omdat hij voor Pessoa té eenvoudig en té moeilijk is. Hij aanvaardt net als de twee anderen de ledigheid van het bestaan en lacht om die 'zieke' filosofen die overal iets achter zoeken. Hij vindt dat denken een ziekte van de mens is. Een simpele ziel dus die misschien begerenswaardig is, maar zichzelf opheft door zijn tegenstrijdigheden. Zijn leerling, Ricardo Reis, is opgevoed door de Jezuïeten, beïnvloed door de klassieken en werpt zich op het vraagstuk van het 'Niets'. Hij is veel onrustiger dan zijn leermeester, misschien wel fatalistisch of gewoon platonisch; en hij schrijft dan ook in metrische verzen met een vast en streng patroon.
Uit Oden kies ik dit gedicht geschreven op 4 november 1923:
Ik vraag naar de naamloze toekomst niet Die ik zal zijn, immers,
Hoe zij ook zij, haar moet ik leven. De ogen
Haal ik af van morgen.
Ik haat wat ik niet zie. Kon ik het in
Een afgrond zien, ik zou
Het in de afgrond laten. Ik leef mijn leven
En ik sluit mijn deur.
En deze, geschreven op 31 mei 1927:
Plechtig glijdt boven het vruchtbaar land
De witte wolk, vluchtig en nutteloos,
Die in één zwart moment een koele bries
Optilt vanuit de velden.
Zo zweeft hoog in mijn ziel traag de gedachte
Die mijn geest verduistert, maar reeds keer ik,
Als tot zichzelf het land, terug tot het daglicht,
Oppervlak des levens.
En wie is Alvaro de Campos? Van hem wordt gezegd dat hij vrijwel niets te maken heeft met de andere twee. Van hem zegt Willemsen dat hij 'frenetieke, langregelige poëzie' schrijft, 'die van triomfantelijk futurisme en woordengedaver overgaat in vermagerende twijfel'.
Met deze mens wil de dichter alles voelen en zeggen over zichzelf op ironische en metafysische wijze. De ontoereikendheid en de leegte van het bestaan worden door deze mens het beste uitgedrukt, op ironische wijze. Ik moest om deze gedichten het meeste lachen.
Uit de bundel Poesias deze strofen van een gedicht getiteld 'Lisbon revisited' (1923):
Wilde u mij getrouwd, nietszeggend, alledaags, belastingplichtig?
Wilde u mij juist het tegendeel daarvan, het tegendeel van iets?
Als ik iemand anders was, gaf ik u allemaal uw zin.
Zó echter, als ik ben, pech gehad!
Loop naar de duivel zonder mij,
Of laat mij in mijn eentje naar de duivel lopen!
Waarom moeten we samen gaan?
En op 26 april 1926 deze strofen:
O, arme ijdelheid van vlees en botten, mens geheten,
Zie je dan niet dat je werkelijk volkomen onbelangrijk bent?
Je bent belangrijk voor jezelf, want jij bent dat wat je je voelt.
Je bent alles voor jezelf, want voor jezelf ben je het heelal,
En het echte heelal en alle anderen
Satellieten van je eigen objectieve subjectiviteit.
Je bent belangrijk voor jezelf want jij alleen bent voor jezelf belangrijk.
En als jij zo bent, o mythe, zouden dan de anderen niet net zo zijn?
Ik eindig met de bekende eerste regels uit het gedicht Tabacaria, gedateerd 15 januari 1928:
'Ik ben niets / Ik zal nooit iets zijn / Ik kan ook niet iets willen zijn / Afgezien daarvan koester ik alle dromen van de wereld.'
En met een aforisme waar het moeilijk is het oneens mee te zijn:
'De mens weet niet meer dan de andere dieren; hij weet minder. Zij weten precies wat ze moeten weten. Wij niet.'

Pessoa zei over zichzelf dat hij een denkende dichter was, geobsedeerd door de filosofie. De heteroniemen zijn eigenlijk spiegels, ontdaan van valse sentimenten en emoties, waarin Pessoa naar zichzelf kijkt en een eigen wereld creëert waarin het spel kan worden gespeeld met de ideeën en de karakters die hij bedacht.
Noodzakelijk, aantrekkelijk, onvermijdelijk is deze dichter voor het begrip van het wezen van Literatuur en Poëzie. Sla zijn bundels open op een willekeurige bladzijde en je blijft lezen, je geest verdrinkt in zijn wateren en je wil niet meer bovenkomen.
Dankzij August Willemsen (1936-2007), groot vertaler van zijn werk en schrijver van het onvindbare boek het ik als vreemde kunnen wij blijven genieten van deze unieke dichter. Ik zou graag nog eens de film willen zien die de VPRO op vrijdag 28 mei 1982 uitzond op Nederland 1 met Willemsen en een figurant die Pessoa speelt.

Is Pessoa de meest filosofische dichter van onze tijd? Zouden niet alle dichters hem moeten lezen?
Om te weten hoe snel alle geschreven regels vergaan in het niets van de papierbak. En toch .. 
 

Geen opmerkingen:

Een reactie posten